Vento fresco
Ik ben niet zo weg van prei
As, ik word daar altijd een beetje misselijk van. Fruit door het eten vind
ik ook niet lekker. Vroeger kwam je nog wel eens ananas of krenten tegen in
de zuurkool, maar gelukkig is dat helemaal uit. En eigenlijk ben ik ook niet
weg van pasta, ook al zo'n overgewaardeerde flauwe meelhap. Je wordt er bovendien
moddervet van. Zo zijn er nog wat smaakjes waar ik niet weg van ben. Maar
afijn As, ik ging natuurlijk niet al mijn culinaire aversies vertellen tegen
de man waar ik een half jaar naar heb zitten lonken. Dus toen P. mij eindelijk
uitnodigde om een hapje bij hem te komen eten om daarna samen naar de salon
te gaan, heb ik gezegd dat ik álles lekker vind, behalve vlees.
Ja, dan vraag je er
ook om Miep. Daar hebben de meeste koks het trouwens al moeilijk genoeg mee.
Ja As. Maar ik had
P. hoog zitten, dus ik was benieuwd wat hij er van ging bakken. Ik hoopte
natuurlijk op een tongstrelend gerecht, bijvoorbeeld een heerlijk frisse salade
van artisjok en Italiaanse kaas, gewaagde korianderpannenkoekjes met kokoskerrie
of een heerlijk geurende groentebouillabaisse. Zoiets. En dan mokkaijs met
kaneelschuim toe. Dan zou mijn hart gaan gloeien, want de liefde van deze
vrouw gaat door haar maag.
Ja ja. En? Wat serveerde hij?
Chili con carne. Zonder gehakt dan.
Oh nee!
Ja!
Bruine bonen, uien... En heb je keurig je bord leeg gegeten?
Ja, As, want ik had wel honger. Maar na een uur kreeg ik er al spijt
van. We gingen naar de salon en daar begon mijn buik al wat op te zetten.
P. vroeg mij ten dans maar ik zei dat ik nog even wilde uitbuiken. Maar dat
kon ik natuurlijk niet de hele avond volhouden, dus na een uur moest ik toch
de vloer met hem op. Nu is P. zon man die de vrouw in een snelle milonga
graag vele ochos laat draaien, dus na verscheidene draaiingen voelde
ik hem opkomen.
Juist.
Ja As, een enorme knal. Ik hield hem niet meer.
Tjeezus.
Maar niemand heeft het gehoord, want iedereen danste gewoon door. Maar
ja, de odeur was er niet minder om, het begon rondom tamelijk onwelgevallig
te ruiken. Gatver!, riep ik, Wat ontzettend smerig! Ruik
je dat ook? Er heeft iemand een enorme wind gelaten. Nou, P. rook het
ook. Jezus man, wat goor, zei hij, deze meur is niet te
harden. Hij wilde weg van de vloer, dus we zijn weer gaan zitten.
Goh Miep, stonk hij er in?
Dat weet ik niet As. Maar van dansen kwam het niet meer. Dat was wel
een geluk bij een ongeluk, want erg lekker danste P. niet.

