Homo
“Wat een flauwekul, al die
aandacht voor homo’s. Wat valt daar nou voor fatsoenlijks over te melden?”
“Geen idee Miep, maar
omdat jij en ik geen homo zijn, weten we ook niet wat er allemaal bij komt
kijken.”
“Homo's hebben het toch niet moeilijker dan wij vrouwen?”
“Nee, geen enkele man kan het moeilijker hebben dan wij.”
“Maar ondertussen gaat er wel een heel themanummer van La Cadena over
tango en homo’s. Als ze nou een themanummer zouden volpennen over tango
en rijpe vrouwen, dan begreep ik het tenminste. Daar zijn er genoeg van, rijpe
vrouwen. Dan heb je wat. Maar hoeveel homo’s zijn er nou helemaal in
de tango?”
“Op een hand te tellen, Miep.”
“Dat bedoel ik.”
“Maar ja, je weet nooit hoeveel mannen in de tango nooit uit de kast
zijn gekomen. Misschien zijn het er wel meer dan wij denken. Het zou bijvoorbeeld
best eens kunnen dat Aldert-Jan een homo is.”
“Omdat hij jouw avances afwees?”
“Precies Miep.”
“Dan is hij een homo. Dat verbaast me ook niets. Ik vond hem altijd al
een beetje afstandelijk. Hij danst ook regelmatig met andere mannen.”
“Ja, dat is ook een ongewenste ontwikkeling. Bij zo’n type heb je
niet alleen last van concurrentie van andere vrouwen, maar ook nog van mannen.”
“Verdomme ja. Het moet niet gekker worden, As. Al die mannen die met
andere mannen dansen.”
“Of vrouwen die met andere vrouwen dansen. Alsof ze het wiel hebben uitgevonden.
‘Kijk ons een fijn samen dansen.’ Nou Miep, het is helemaal niet
fijn om met een andere vrouw te dansen. Ten eerste houden ze een meter afstand,
om elkaars borsten maar niet te voelen. En als ze dan een keer tegen je aan
dansen, babbelen ze aan een stuk door.”
“Vreselijk ja! Dat geouwehoer in je oor. Commentaar op van alles en nog
wat, de muziek, de mannen en dan worden de laatste nieuwtjes nog even doorgenomen.
En opletten, ho maar. Continu aan het multi-tasken, zodat je steeds tegen
anderen aanknalt.”
“Nee, geef mij maar een man om mee te dansen As. Zo een die je in zijn
sterke armen neemt en in de wolken brengt met creatieve pasjes en die zó
muzikaal danst dat je bijna in katzwijm valt. Zo’n man die precies aanvoelt
waar je staat, hoe je beweegt, welke pasjes goed voelen, je beschermt tegen
botsingen op de vloer, en ja, die je het gevoel geeft een slapende prinses
te zijn die door hem wakker wordt gekust...”
“Zucht...”
“Eigenlijk ken ik maar één man in de tango die zo hemels
danst. En dat is een homo.”
